Ria wordt hartelijk ontvangen door molenaar Arie van Loo en hij laat ons enthousiast en vakkundig zien hoe de molen werkt. We gaan helemaal tot boven in de molen via 5 steile trappen.
De Arend is een koren-stellingmolen met bouwjaar 1844. De molen heeft van 1954 tot 1974 stilgestaan wat tot het nodige verval heeft geleid. Met de nodige restauraties is er veel hersteld. Van 2018 tot 2019 was de laatste restauratie en daarmee is de molen nog steeds functioneel en kan weer jaren mee.
Een duurzaam gebouw
‘De molen is een van de meest duurzame gebouwen in de omgeving.’ zegt Arie. De natuurlijke energiebron wind drijft de wieken aan, waarna een vernuftig aandrijfmechanisme de molensteen in werking zet. Verder is er wat stroom nodig voor ledverlichting en de aandrijving van wat maalsteentjes. Daarbij worden de meelproducten in papieren zakken verkocht en worden lege tarwezakken gebruikt als afvalzak.
Op de vraag of de molen nog verder te verduurzamen is, reageert Arie: ‘Om een generator mee laten draaien en zo de opgewekte groene stroom voor eigen gebruik toe te passen, is geen optie. Er is geen ruimte voor een generator en het opgewekte vermogen is te laag om rendabel te zijn.’ Het bestuur van de Stichting Molenbehoud Nissewaard is op dit moment bezig met het genereren van financiën om de fundering van de molen op orde te brengen, wat belangrijk is om deze voor de toekomst te bewaren.
De gemalen granen
Sinds corona weten meer mensen De Arend weer te vinden. Er wordt tarwe, rogge en mais gemalen. Ze bevatten geen toevoegingen en conserveringsmiddelen. De tarwe komt uit Noord-Frankrijk, omdat er in deze producten meer vitamine-C zit. De gemalen granen worden verkocht aan particulieren, kaaswinkels en boerderijwinkels. In de winkel zijn diverse producten (meelsoorten) te koop. Op molendearend.nl zijn ook veel recepten te vinden die je met de producten kunt maken.
Opleiding tot molenaar
Molenaar ben je niet zomaar; het Gilde van Molenaars verzorgt sinds 1972 een opleiding tot windmolenaar. Arie heeft deze opleiding tussen 2018 en 2020 gevolgd. De opleiding is erop gericht de praktische vaardigheden en theoretische kennis bij te brengen die nodig zijn om verantwoord met een windmolen te kunnen draaien. Een instructeur is erg belangrijk en verzorgt de praktische en theoretische instructie. Als lesmateriaal ontvangt de deelnemer het handboek ‘Windmolenaar’ en de lesbrieven. Je moet 120 uren op de eigen instructiemolen draaien en 30 uur op een andere molen. Als de deelnemer voldoende praktische vaardigheid en theoretische kennis heeft, draagt de instructeur deze voor om het examen af te leggen. Na het examen kan de deelnemer zich dan officieel molenaar noemen.