De wintermaanden zijn bij uitstek de periode dat er onderhoud wordt gepleegd aan het groen in de openbare ruimte. Struiken worden gesnoeid en de bosplantsoenen worden gedund. Dat gebeurt niet zomaar. Dat heeft een goede reden.
Bosplantsoenen dunnen moet
Als we een bosplantsoen aanplanten, poten we de twijgen van de jonge boompjes, de zogenoemde boomvormers, op ca. 1 meter van elkaar. Dat zijn kleine, jonge bomen die uiteindelijk tot een grote volwassen boom kunnen uitgroeien. Zo vormen zij snel een dichte groenstrook. Maar om te voorkomen dat soorten elkaar verdringen, moeten we na een paar jaar al gaan snoeien en dunnen. Doen we dat niet, dan gaan boomvormers zelf takken afstoten om toch maar voldoende plek te hebben. Daardoor worden de boomvormers en struiken iel en dat is geen fraai gezicht. Daarom snoeien we op het moment dat het bosplantsoen mooi begroeid lijkt. Als het onderhoud wat langer op zich laat wachten, moeten we voor het oog volwassen en soms zelfs gezonde boomvormers kappen. Dat lijkt niet logisch en geeft soms de indruk van kaalslag, maar het is echt nodig om het plantsoen of parkbos gezond te houden en de biodiversiteit in stand te houden.
Snoeien doet groeien
Struiken die we in de winterperiode snoeien, lopen in het voorjaar weer uit en geven het plantsoen weer een jong en fris aanzien. Bovendien zorgt snoeien voor meer licht op de bodem, waardoor ook bijvoorbeeld kruiden en varens weer kunnen uitgroeien. Daarom wordt deze wintermaanden op verschillende plaatsen in Nissewaard onderhoud gepleegd. Zouden we niet snoeien, dan verdicht het plantsoen en sterven de stuiken geleidelijk af.
Meer informatie
Op onze webpagina Beheer bomen vindt u meer informatie over het groenonderhoud in de gemeente. Onderaan die webpagina kunt u ook de folder Veelgestelde vragen en antwoorden over bosplantsoenen lezen.